Planttips

Boomkwekers besteden veel zorg aan de teelt, sortering en verzorging van hun fruitbomen. Wij willen graag dat dit zich voortzet in uw nieuwe aanplant en geven daarom vrijblijvend enkele tips voor het bewaren, verzorgen en planten van uw bomen.

Planten

  • Bodemtemperatuur >8°C.
  • Wortels voor het planten goed nat maken of enkele uren goed laten volzuigen. Wij raden aan om de bomen gedurende 24uur voor aanplant met de wortels in water te zetten.
  • De bomen op het veld die men nog dient te planten steeds afdekken met een zeil om uitdroging te voorkomen.
  • Ideaal is om onmiddellijk na het planten ’s avonds een bespuiting uit te voeren met winterolie (25l/ha). Dit helpt de verdamping tegen te gaan. Vraag om advies bij uw phyto leverancier en/of teeltvoorlichter.
  • Druk bomen na het planten met de voeten vast zodat er direct contact is tussen de wortels en de grond. Bij het planten is het aangeraden om de bomen goed te beregenen (30-40mm) of een keer aan te gieten. Controleer regelmatig de vochttoestand van de grond.
  • Pas bij het strooien met kunstmest op voor zoutschade. Dus als de kunstmest opgelost wordt en in het plantgat komt en de grond vervolgens uitdroogt. Dit leidt tot een te hoge EC-waarde in het plantgat en dit is de oorzaak van wortelverbranding.
  • Een goede bodemstructuur en goede plantomstandigheden zijn de basis om een goede aanslag van de bomen te krijgen.
  • Het afdekken met compost of champost (champignonmest) van de boomspiegel (de grond rondom de stam), verbetert de aanslag sterk en maakt het eenvoudiger om het plantgat voldoende vochtig te houden. Dek de boomspiegel na de het planten altijd af met 10-15 liter compost/champost per boom. Let op voor mogelijk hoge zoutwaarden in champost!
  • De bomen moeten onmiddellijk na het planten aangebonden worden.

Snoei

  • Knip alle zijtwijgen in op een bovenliggend oog (ook de steil ingeplante twijgen inknippen en niet verwijderen tot in het tweede groeijaar). Knip de harttak in op 15 cm onder het groeipunt. Door deze snoei start de hergroei beter en is er minder risico op verkaling (bearwood).
  • Verwijder de (na)bloei hetzij chemisch ( raadpleeg steeds uw phyto leverancier) of manueel. Voorjaarsaanplantingen zijn zeer gevoelig voor bacterievuur ( E. Amylovora) infecties t.g.v. de late bloei.

Levering

  • Maak bomen/wortels bij aankomst op uw bedrijf onmiddellijk nat en voorkom uitdroging door ze in een tochtvrije ruimte op te slaan.
  • Als de bomen niet dadelijk geplant worden, zorg dan dat ze ingekuild worden op een beschutte plaats. Zet de bomen tot bijna veredelingshoogte in de grond zodat de wortels niet bloot regenen bij eventueel ‘inzakken’ van de grond.
  • Bij matige/strenge vorst is het raadzaam om de bomen in de kuilhoek af te schermen
  •  Na het opkuilen voert men best een bespuiting met Captan uit om wondjes en mogelijke takbreuk te beschermen tegen infecties.
  • Bescherm de ingekuilde bomen met gaas tegen hazen, konijnen of korrels tegen muizen.

Bemesting

  • Een bodembemesting (N-P-K) voor het planten i.f.v. een bodemanalyse.
  • Doorlopend bladvoeding op basis van Ureum, Magnesium, Mangaan en Zink (raadpleeg uw phyto leverancier).

Bespuitingen

  • Bij voorjaarsaanplantingen preventief optreden tegen E. Amylovora met continue koperbespuitingen (koperoxychloride 3 kg/ha met weinig water 150 l/ha) en Aliette® (raadpleeg uw phyto leverancier).

Bewaring

  • De optimale bewaartemperatuur 0,5-1°C.
  • Bij bewaring in een loods of koelcel de bomen en vooral de wortels elke dag goed nat maken met een fijne nevel en deze afdekken met een zeil.
  • Zorg dat de bomen niet in een ruimte staan met fruit (ethyleen).
  • Een hoge luchtvochtigheid in de koelcel is ideaal voor de bomen. Voorzie een continue beluchting van de cel om de door de bomen geproduceerde ethyleen en CO2 te verwijderen.